TRADITIE OF INNOVATIE?

De Oosterse manier van omgaan met kennis is ’traditie in ere houden’. In het westen wordt dit vaak vertaald in: vasthouden aan het oude. Maar is dat inderdaad wat er bedoeld wordt?

VAN VADER TOT ZOON

In het Oosten wordt gezegd: het duurt 300 jaar om iets echt te begrijpen. Daarmee wordt, volgens mij tenminste, niet bedoeld dat bepaalde kennis 300 jaar in de zelfde vorm en onveranderd doorgegeven moet worden. Maar dat wanneer de kennis van vader tot zoon en van leraar tot leerling doorgegeven wordt, elke schakel voor vernieuwing en dieper begrip van het onderwerp zorgt. Na 300 jaar is het onderwerp dan ongeveer helemaal doorgespit en begrepen.

De traditie, de rituelen, de gewoontes en de heilige ceremoniën geven een kader waarbinnen de kennis zich kan ontwikkelen en doorsudderen. De inhoud blijft echter niet het zelfde. Het evolueert en ontwikkelt zich.

KRITIEK

Een veel gehoorde kritiek van tegenstanders van alternatieve geneeswijzen is dat deze niet meebewegen en niet evolueren met de tijd. Soms klopt dat misschien ook, maar dat zou niet zo hoeven te zijn!

TRADITIONALISTEN EN INNOVATORS

Je zou het kunnen hebben over traditionalisten en innovators. De traditionalisten steunen op oude teksten en leermeesters en willen de traditie houden zoals het is. De innovators steunen op hun eigen ontdekkingen en het verder ontwikkelen van dingen die door andere innovators ontdekt zijn.

Het een is niet beter dan het andere. Volgens mij hebben we ze vooral alle twee nodig! Je hebt traditie nodig én innovatie!

Ik vertrouw zelf veel sneller een innovator dan een traditionalist. Ik vertrouw iemand pas als degene het zelf ervaren heeft, zelf begrepen heeft, zelf ontdekt heeft en zelf ontworpen heeft. Maar een innovator zonder enige vorm van traditie achter zich vertrouw ik misschien nog minder snel dan een traditionalist zonder eigen inbreng.

IK BEN EEN INNOVATOR

Zelf ben ik als leraar een innovator. Ik steun op de traditie, maar ik maak er altijd weer een eigen verhaal omheen. Ik wil altijd alles eerst zelf begrepen hebben. Dan pas ga ik het aan een ander leren.

Ik onderzoek in de praktijk hoe het een en ander van de Chinese geneeswije en Taoïsme voor ons westerlingen begrijpbaar en toepasbaar is. Wat betekent het in het echt? Daaromheen ontwikkel ik methodieken, theorieën en modellen. En dat zijn de methodieken, theorieën en modellen waarmee we binnen onze opleidingen werken.

NIETS AAN TE DOEN

Het is niet zo dat ik perse een innovator wil zijn. Het gebeurt gewoon vanzelf.
Ik lees iets wat past bij iets anders en ik heb weer een nieuw model ontdekt.
Ik begrijp iets en ik maak er een werkmethode van.
Ik maak iets drie keer mee en ik heb weer een nieuwe theorie ontwikkeld.
Ik kan er niets aan doen. Het gebeurt gewoon.

Het een vult zich aan met het andere en het geheel evolueert.

TOETSEN AAN DE PRAKTIJK

Werkt het in de praktijk? Heb ik er iets aan? Hebben de studenten er iets aan? Hebben de cliënten er iets aan?
Als dat zo is, dan denk ik dat het allemaal wel moet kunnen. Zolang het de traditie niet tegenspreekt en zolang de praktijk het blijft bevestigen, blijf ik er op vertrouwen dat het goed is wat ik ontwikkeld heb. Enne…. als het tegendeel bewezen wordt zal ik zonder moeite iets weer loslaten. Het gaat me niet om het gelijk hebben. Het gaat om praktische toepasbaarheid en inzicht.

JE EIGEN STIJL ONTWIKKELEN

Ik leer mijn leerlingen ook om innovators te zijn. Ik leer ze om hun eigen ontdekkingen te doen en er op te vertrouwen. Ik leer ze binnen een behandeling te voelen en hun gevoel te volgen. Ik leer ze te zoeken naar hun eigen innerlijke wijsheid. Ik leer ze hun eigen weg te volgen. Maar dan wel vanuit de kennis die ze doorgegeven krijgen vanuit traditie en vanuit onze methodieken.

Als je bij mij les volgt wordt je aangesproken op dat wat je echt bent. Je wordt uitgedaagd om je eigen stijl te gaan ontwikkelen. Al mijn modellen en theorieën zijn er op gericht dat je je eigen manier van werken kunt gaan ontdekken. Steunend op de traditie, puttend uit kennis en vertrouwend op je eigen wijsheid.

Als je je eigen intuïtie wilt blijven volgen en het wilt blijven toetsen aan kennis en ervaring, ben je bij ons bij Hands On Tao op het juiste adres!

Lieve groeten, tot ziens!

JAANA

Ps. Mijn belangrijkste inspiratiebronnen zij Bill Palmer, Peter den Dekker en A.H. Almaas. Allemaal rasechte innovators die helemaal ingebed staan in de traditie. Peter geeft les in Qi Gong in Amsterdam. Bill Palmer is een Engelse shiatsudocent, hij komt regelmatig bij onze school voor nascholingstrainingen. En A.H. Almaas staat aan de leiding van Ridhwanschool; de school in spirituele ontwikkeling waar ik meer dan 15 jaar student bij ben geweest.